NIEUWS
Reizende tentoonstelling gaat
óók over Dordtse huisartsen
De Dordts-joodse huisartsen Oscar Cohen en Johan Voorzanger zijn onderdeel van de tentoonstelling ‘Joodse artsen en de Holocaust’, die in 2022 door Nederland zwerft. Nog tot 1 augustus zijn de tien panelen die het verhaal vertellen, te zien in de binnentuin van het Erasmus MC aan het Dr. Molewaterplein 40 in Rotterdam. Daarna reizen zij naar het Jeroen Bosch Ziekenhuis in Den Bosch. De samensteller van de tentoonstelling, emeritus hoogleraar medische geschiedenis dr. M.J. (Mart) van Lieburg, gaat ook nog een boek over hetzelfde onderwerp publiceren.
Enkele van de 660 joodse artsen en –medisch studenten die Nederland aan het begin van de oorlog telde. |
Dr. Mart van Lieburg, mede-samensteller van de tentoonstelling. |
Trefcentrum
Toen de Duitsers Nederland binnenvielen, waren er “bijna zevenduizend artsen en medisch studenten in Nederland, onder wie 660 joodse”, aldus het vakblad Medisch Contact in een achtergrondartikel (16.9.2021). Tijdens de bezettingsjaren zijn 167 joodse artsen en 59 medisch studenten tijdens de deportatie en de dodenmarsen omgekomen, of zij werden vermoord. Hun namen staan vermeld in het Nationaal Holocaust Namenmonument, aan de Weesperstraat in Amsterdam.
In samenwerking met de artsenfederatie KNMG, die de ‘naamstenen’ financieel adopteerde, heeft Van Lieburg een tentoonstelling ingericht over joodse artsen in bezet Nederland. Hij baseerde zich daarbij op archiefmateriaal dat hij bijeen heeft gebracht in zijn Trefpunt Medische Geschiedenis Nederland dat is gevestigd op Urk. Volgens Medisch Contact “fungeert dit kennis-, documentatie- en erfgoedcentrum als platform voor niet-universitair onderzoek naar de geschiedenis van de zorg”.
Begin 2022 viel de tentoonstelling te zien in het Amsterdam UMC aan de Meibergdreef. Vervolgens werd zij opgesteld in ziekenhuizen in bijvoorbeeld Groningen, Deventer, Almere en Enschede, maar ook, in juni, in het Bevrijdingsmuseum in het Zeeuws-Vlaamse Nieuwdorp. Er zijn vooralsnog geen plannen om de tentoonstelling naar Dordrecht te halen.
Neurenberg
Op 30 september 1938, lichtte Medisch Contact terugblikkend toe, “viel het doek voor Joodse artsen in Duitsland. Op die dag trad de vierde verordening van de Neurenberger wetten in werking, die hen verbood hun vak uit te oefenen”. “De dramatische ontwikkelingen drongen zich ook aan de medische wereld in Nederland op, doordat duizenden Joodse medici Duitsland, Oostenrijk en Tsjechoslowakije ontvluchtten. Zo’n vijftig vooral oudere artsen – onder wie prominente medici als neuroloog en dirigent Kurt Singer en oogarts Arthur Czellitzer uit Berlijn – klopten hier aan.”
“Toen Nederland eenmaal was bezet”, vervolgde het tijdschrift, “werden Joodse artsen die werkten bij universitaire instellingen en gemeentelijke ziekenhuizen, net zoals alle Joodse ambtenaren, in november 1940 ontslagen. Op 5 februari 1941 volgde een schokgolf in medisch Nederland met de verordening die Joodse artsen verbood om niet-Joodse patiënten te behandelen. Tienduizenden patiënten moesten zich laten overschrijven van een Joodse naar een niet-Joodse arts, of omgekeerd.”
Rouwen
Het is in dit verband dat de Dordtse huisarts en narcotiseur Oscar Cahen wordt genoemd. Net als sommige andere joodse collega’s nam hij afscheid van zijn patiënten − niet in een advertentie, maar, in maart 1941, met een brief, getiteld ‘In Neerland rouwt Israël’. Hij schreef: “Hierbij vervul ik den treurigen plicht, mede te deelen, dat ik vanaf 1 Mei 1941 niet meer te consulteeren ben, ingevolge de opdracht van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied, waarbij mij verboden werd niet-Joodsche patiënten te behandelen.”
Op de tentoonstelling schenkt Mart van Lieburg aandacht aan Oscar Cahen (abusievelijk Oskar genoemd). Op het paneel staat te lezen dat Cahen, geboren 25 september 1874 om 17 uur, begin november wordt gearresteerd en naar Sobibor is gedeporteerd, waar hij op 12 maart 1943 wordt vergast. “Zijn vrouw [Saartje Braadbaart, red.] weet onder te duiken, overleeft de oorlog en emigreert naar Israël.” Elders op deze Dordtse website staat bij verhaal 22 het volledige verhaal over Cahen.
Tien panelen omvat de tentoonstelling die momenteel door Nederland reist. Zij is begonnen in december 2021, in het Trefcentrum te Urk. |
Vluchtpoging
De andere Dordtse arts over wiens lot Van Lieburg zich boog, is Johan Voorzanger. Hij is in Dordrecht geboren op 31 januari 1874. Zijn vader was Levie Voorzanger, zijn moeder Esther Dondorp. Ook over deze Johan is op de Stolpersteine-website een biografische schets geplaatst, onder verhaal 88.
In een interview met Folia, het journalistieke medium voor, over (en door) studenten, docenten en medewerkers van de Universiteit van Amsterdam, noemde Van Lieburg deze vooral Rotterdamse arts in het bijzonder.
Welk verhaal raakt u het meest? vroeg ‘verslaggeefster’ Sterre van der Hee aan Van Lieburg, naar aanleiding van de tentoonstelling in het UMC. Van Lieburg noemde als eerste Voorzanger. “Er is”, reageerde hij, “een tragisch verhaal over huisarts Johan Voorzanger uit Dordrecht, die met een vrachtschip naar de Verenigde Staten probeerde te varen, tot dat schip werd getorpedeerd. Hij overleefde en waagde een tweede vluchtpoging aan boord van een Britse torpedobootjager – zo belandde hij in New York. Daar ging hij in 1943 ten onder aan heimwee en aan verschrikkelijke berichten uit zijn thuisland.”
Op het paneel over hem staat aanvullend, dat die berichten Voorzangers “bestaan ondragelijk” maakten. Hij overleed op 12 november 1943, op 69-jarige leeftijd.
Voorzanger was niet alleen in New York. Zijn echtgenote Emilie Philipp (Amsterdam, 6.11.1878), met wie hij op 28.8.1902 in Amsterdam was getrouwd, vergezelde hem. Het echtpaar had één zoon, Karel Lodewijk Voorzanger (Rotterdam, 20.6.1903), die echter al op 20 januari 1930 was overleden, als gevolg van een hersentumor. Moeder Emilie is in New York overleden op 5 oktober 1946, 68 jaar oud.
Het omslag van het boek dat de oud-Dordtse Hannah van der Ende schreef over joodse artsen in de bezettingsjaren. |
Anderen
Dordrecht heeft nóg enkele joodse artsen gekend, bijvoorbeeld huisarts Emil Schlicher Cohen (zie verhaal 42). Hij heeft de Holocaust overleefd, door tijdig onder te duiken op de Staart bij een patiënt van hem, Pieter van der Leer. Van maart 1943 tot mei 1945 wist hij zich er veilig, zij het angstvallig verborgen te houden.
Schlicher Cohen hervatte zijn praktijk na de bevrijding, en bleef tot zijn 71ste werken. Hij is op hoge leeftijd overleden, als 91-jarige, op 14 november 1985. Omdat hij de oorlog heeft doorstaan, komt hij niet ter sprake in de tentoonstelling, die immers alleen de vermoorde en omgekomen joodse artsen en medisch studenten signaleert.
Andere Dordts-joodse artsen over wie op deze site eveneens artikelen zijn terug te vinden, zijn: Eppo Meursing (zie verhaal 191; huisarts), Joseph Jacques van Straten (zie verhaal 144; zenuwarts), Nellie Haverkamp Begemann (zie verhaal 197; kinderarts) en Jan Frederik Heroma (zie verhaal 76; huisarts). Zij kwamen levend uit de Holocaust, behalve Van Straten. Hij is op 5 mei 1941 in Buchenwald omgekomen, 50 jaar oud.
Mart van Lieburg, overigens een 16 jaar oudere broer van de in Dordrecht wonende dr. Fred van Lieburg, hoogleraar religiegeschiedenis aan de Faculteit der Geesteswetenschappen aan de Vrije Universiteit Amsterdam, is bezig aan een boek over omgekomen joodse artsen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Desgevraagd deelde hij mee dat dit nog wel even op zich laat wachten. Eerst moet hij zijn boek voltooien over de joodse psychiater Abraham Gans (Aalten, 1885 – Leiden, 1971).
***
De geschiedenis van joodse artsen in Nederland 1940-1945 is overigens al eens ontrafeld door de arts en medisch historica dr. Hannah van der Ende. Zij deed haar onderzoek als promovendus aan de Universiteit Maastricht. Volgens haar leefden er tijden de Sjoah 534 joodse artsen in Nederland. Proefschrift en boek hebben een eendere titel: Vergeet niet dat je arts bent (Uitgeverij Boom, 2015). Van der Ende is afkomstig uit Dordrecht en was als medicus verbonden aan de GGD Amsterdam. Tegenwoordig is zij medisch adviseur.