Het voorbije joodse dordrecht
Vrijwilligers brachten alle
grafzerken in kaart: deel 2
Grafzerken op de joodse begraafplaats in Dordrecht, in 1982 gefotografeerd door de archief- en persfotograaf Ad Molendijk. Alle zerken zijn door Jan Sanberg en Alie van den Berg bekeken en vertaald, en soms opnieuw gefotografeerd. Hun gegevens zijn verwerkt in data-bestanden voor de website ‘Het Stenen Archief’. |
Werkelijk alle grafzerken op de joodse begraafplaats aan de Nieuweweg, zo’n 360, zijn gecatalogiseerd. De Hebreeuwse teksten zijn vertaald en van de overledenen is zoveel mogelijk de afkomst uitgezocht, het familieverband. Van alle grafmonumenten zijn bovendien foto’s gemaakt. De resultaten van al die onderzoekswerk zijn te lezen op de website ‘Het Stenen Archief’.
Maar wie heeft de Dordts-joodse begraafplaats in kaart gebracht? Wie liep er geregeld rond om grafstenen beter te kunnen bekijken dan van een foto? En hoe is het doorlopende project dat ‘Het Stenen Archief’ is, tot stand gekomen?
Deel 2 van de serie over de Dordts-joods begraafplaats: de zerken geanalyseerd.
Grootste
De joodse genealogie-organisatie Amoetat Akevoth is het digitaliseringsproject begonnen. De organisatie legt zich toe op het onderzoeken van de genealogie en het familie-erfgoed van het Nederlandse Jodendom. Op haar website ‘DutchJewry.org’ waren alle gegevensbestanden die zij gedurende dertien jaar verzamelde en openbaarde, vrijelijk te raadplegen. Haar website was de grootste genealogische website van Joods Nederland. Volgens de joodse nieuwssite ‘Jonet.nl’ is Amoetat Akevoth in de zomer van 2020 in liquidatie gegaan en ging daarna het scherm op zwart, al is de website wel gearchiveerd.
Het Stenen Archief, onderdeel van Dutch Jewry, is nu zelfstandig. Het beschikt over een eigen website, stenenarchief.nl, en het lange-termijnproject dat dit archief is, is per 1 februari 2020 overgedragen aan de nieuw opgerichte stichting Het Stenen Archief. Medewerkers van Akevoth hebben “toegezegd hun bijdrage aan dit project te continueren”, verzekert de stichting.
Wat behelst het project? Kortweg is dat het digitaal in kaart brengen van de joodse begraafplaatsen in Nederland – met uitzondering van de Sefardische begraafplaats Beth Haim in Oudekerk aan de Amstel. Gegevens van die dodenakker zijn te vinden op de voormalige website van Akevoth of op die van Beth Haim zelf.
In november 2021 was dit de stand van zaken: 141 begraafplaatsen “zijn gereed”, ofwel de grafstenen daar zijn gefotografeerd, gedigitaliseerd en vertaald. Met dat digitaliseringsproject houdt zich volgens de stichting een team bezig van vaste medewerkers in Nederland, maar ook uit Israël en Engeland. De laatste vijftien begraafplaatsen die onderzocht zijn, somt de stichting op: Vlissingen (2), Loppersum, Appingedam, Delfzijl, Terborg, Harlingen, Overveen, Emmen, Elburg, Valkenburg (2), Ellecom, Bussum en Eindhoven.
Met het project, dat volledig wordt uitgevoerd door vrijwilligers, wil de stichting bovenal het joodse erfgoed van Nederland in stand houden. Maar zij beperkt zich daartoe niet tot het karteren van de begraafplaatsen. “We willen ook ruimte geven aan degenen die geen graf hebben, de Holocaustslachtoffers.” Op de website is een nieuwe rubriek begonnen, die publicaties over hen biedt. De eerste is er: het Herinneringsboek aan de Joodse bewoners van wijk C, dat Hermann Meub samenstelde over dit Utrechtse stadsdeel (2019; 291 pagina’s).
Het logo van de zelfstandige stichting ‘Het Stenen Archief’. Tot in 2020 was ‘Het Stenen Archief’ |
Alie van den Berg woont in Oud-Beijerland. Zij heeft vooral het familieverband van de overledenen in Dordrecht uitgeplozen. |
Synagoge
De gegevens over de Dordtse begraafplaats zijn aangeleverd door twee inwoners van Oud-Beijerland, archiefonderzoekster Alie van den Berg (1938, Hasselt) en Jan Sanberg, in zijn woonplaats secretaris van de Commissie Kerk en Israël van de protestantse gemeente ‘De Open Hof’. Jaren hebben ze zich met dit veldwerk beziggehouden. Johannes Sanberg, geboren in Amsterdam op 22 december 1934, is in 2018 overleden op 29 september, 83 jaar oud. Alie van den Berg woont sinds1959 in Oud-Beijerland en werkte erop de huishoudschool, eerst als docent, later als teamleider en adjunct-directeur.
Desgevraagd vertelt Alie van den Berg hoe haar betrokkenheid bij Het Stenen Archief ontstond. Dat had er deels mee te maken dat haar grootouders Dordtenaren waren en zij dus geïnteresseerd is in de geschiedenis van die stad. De grootouders zijn begraven op de Essenhof, die naast de joodse begraafplaats ligt. Maar het startpunt lag toch meer in haar woonplaats, in de huishoudschool.
Die was gevestigd in wat ooit een synagoge was. Dat wekte bij haar grote belangstelling op. “Jaren”, vertelt Van den Berg, “heb ik gewerkt in de verbouwde synagoge van Oud-Beijerland. Mijn interesse in de joodse geschiedenis van Oud-Beijerland werd steeds groter.” Dat leidde in 1982 tot een gestencild boekje hierover. Het materiaal daarvoor verzamelde zij samen met haar vader bij de gemeente Oud-Beijerland en in het Algemeen Rijksarchief in Den Haag.
In 1987 werd in Oud-Beijerland op de Bierkade het joodse monument ‘Am j’’Israel Chai’ onthuld, door de plaatselijke Holocaust-overlevende mr. Elisabeth (‘Bets’) van den Berg. Op een sokkel ‘staat’ een hand die op beschermende wijze een davidster vasthoudt. Volgens de kunstenares, Marga Vogel, staat dit “symbool voor de toekomst van het joodse volk, zoals een nog ongeboren vrucht in de moederschoot”, aldus de website WO2-Hoeksche Waard.nl. Bij die gelegenheid verscheen het boekje Het Joodse verleden van Oud-Beijerland, een uitgebreide versie van de gestencilde uitgave.
In juli 2014 is op de sokkel een namenwand aangebracht, met de 31 namen van omgekomen joden
Bij het veldwerk op de Dordts-joodse begraafplaats werkte Alie van den Berg samen met Jan Sanberg, die in 2018 is overleden. |
Besnijdenis
Naarmate zij meer vrije tijd kreeg als gevolg van haar pensionering, verdiepte Van den Berg zich meer en meer in de joodse geschiedenis van de Hoeksche Waard, en speciaal in die van Oud-Beijerland. Zo ontdekte ze in 2006 bijvoorbeeld het bestaan van het besnijdenisboekje van Salomon Frank, die in Oud-Beijerland woonde van 1936-1862. Frank had daarvoor gewerkt in Duitsland, en via het Joods Museum in Frankfurt, die over het origineel beschikte, kreeg Alie kopieën toegestuurd.
Jan Sanberg, vertegenwoordiger van een internationaal bedrijf in zoetwaren en begiftigd met een talenknobbel, heeft die documenten vertaald. Dat was nodig, omdat het “moeilijk Hebreeuws was”. Toen alles eenmaal was uitgewerkt en aangevuld met familiegegevens, wilde Van den Berg al die kennis toch graag beschikbaar maken voor anderen. Zo kwam er in 2008 een nog uitgebreidere editie van haar boekje, nu getiteld Het Joodse Leven van Oud-Beijerland, met daarin beschreven de geschiedenis, het besnijdenisboekje, informatie over de grafstenen van de lokale joodse begraafplaats aan de Prinses Irenestraat 7 en “een stukje genealogie”.
Toen het hernieuwde boek werd gepresenteerd, maakte Van den Berg kennis met iemand van de organisatie ‘Het Stenen Archief’. Haar werd gevraagd aan dit project mee te werken; ze had immers de begraafplaats van Oud-Beijerland uiteengerafeld. Ze stemde toe, en zo begon haar medewerking, die ze anno 2022 nog steeds voortzet.
Ze onderzocht eerst de begraafplaats van Leerdam – waarvoor haar vader “al het nodige voorwerk had laten doen”. Daarna volgden, samen met Sanberg, Vianen, Gorinchem, Werkendam en verschillende begraafplaatsen in Noord-Brabant.
Dordrecht
Dordrecht kwam in haar vizier toen zij in 2013 op internet “goede foto’s zag” van Dordtse grafstenen, gemaakt door de Dordtse vrijwilliger Henk van der Hert. “Toen zijn we ook daar begonnen.” De werkwijze was telkens eender: Jan Sanberg vertaalde het Hebreeuws op de grafstenen, zij zocht er zoveel mogelijk de familie-gegevens bij: de juiste naam in de geboorteakte, de huwelijksakte, de overlijdensakte.
Die kale, zakelijke gegevens komen op de website ‘Het Stenen Archief’ bij iedere persoon náást de foto van de grafzerk te staan, met een vertaling van de Hebreeuwse tekst. Maar Van den Berg is naderhand meer gaan doen: “Je kunt van een steen de minimale gegevens invullen, maar familieverbanden aangeven is interessanter voor iemand die zijn familie zoekt.” Ze maakt met andere woorden de overledenen tot onderdeel van een netwerk. Met Sanberg heeft zij de begraafplaats overigens diverse keren bezocht, “om een steen beter te kunnen bekijken en om een goede foto te maken.” Die foto’s moeten hun weg vinden naar de website ‘Het Stenen Archief’.
In Dordrecht heeft zij al met al bij 360 stenen persoonlijke gegevens kunnen invullen. Daarnaast heeft ze zich ook gebogen over de losse, deels gebroken grafstenen die links vooraan op de begraafplaats liggen, en die afkomstig zijn van de vorige Dordts-joodse begraafplaats bij de Hoogt. “Maar”, zegt ze, “die stenen waren zeer moeilijk te ontcijferen en gaan hoofdzakelijk over de familie Sluijs. Ik heb er dus zeer weinig informatie bij kunnen zetten.”
[Zie over de begrafenen van de Hoogt ook dit artikel.]
***
Is de klus in Dordrecht nu geklaard? Zeker niet, zegt ze. “Eigenlijk is voor mij een begraafplaats nooit af. Want je komt door het digitale tijdperk steeds weer nieuwe informatie tegen, die ik er dan graag bijzet.”
Voorlopig blijft Van den Berg meewerken aan ‘Het Stenen Archief’. Op dit moment onderzoekt ze de Rotterdamse begraafplaats aan het Toepad 65 in de wijk Kralingen, die in 1895 in het gebruik is genomen als opvolger van de begraafplaats aan de Dijkstraat (1737-1895). Op deze plek, vlakbij de drukke Van Brienenoordbrug, bevinden zich ongeveer 4300 graven. Alie van den Berg kan nog jaren vooruit.
< Terug naar index 'Verhalen over het voorbije joodse leven in Dordrecht'