Het voorbije joodse dordrecht

Joodse Hema-directeur in Dordrecht
wist Wehrmacht erg kwaad te maken

Hema in de jaren dertig

Een foto van de Hema uit de jaren dertig. Toen was het warenhuis nog gevestigd op de Voorstraat (nrs. 286-288).
Foto RAD (nr. 555_30110)

Zeker gemeten naar de maatstaven die in de Tweede Wereldoorlog golden, is hij een held. Een kleine held, maar niettemin: een heldhaftig man. Alleen weet niemand dat.
        Salomon Leo Jacob van der Sluis schoffeerde, al in de eerste weken van de bezetting, de Duitsers. Hij tastte hun zo onbetwistbaar lijkende autoriteit aan, en dat heeft hij bezuurd. Als directeur van de Dordtse Hema-vestiging zette hij zijn vrouwelijk personeel op tegen de bezetter. Ga niet met Duitse soldaten uit, adviseerde hij, praat niet met ze.
        Dat heeft hij geweten: hij werd in hechtenis genomen, en door een Krijgsraad op 8 juli 1940 veroordeeld tot drie jaar gevangenisstraf. Het vonnis kwam op de voorpagina’s van vrijwel alle Nederlandse kranten te staan, op bevel van de staf van Rijkscommissaris Seys-Inquart, en onder varianten van deze kop: Duitse Wehrmacht verachtelijk gemaakt.
        Drie jaar later, op 12 juli 1943, was Salomon Leo Jacob van der Sluis van de wereld. Hij ligt begraven in het Noord-Duitse Hannover.
        Zijn daad was een kleine, maar een moedige, zeker in het licht van die angstige dagen. Maar waar is hij vervolgens gebleven? Wie was hij verder? Wat was zijn achtergrond? Wie waren zijn familieleden?
        Een zoektocht naar een volkomen vergeten, heroïsch man.

Hema in de jaren dertig

Hema in de jaren dertig

Drie foto's uit zorgeloze tijden, waarop Salomon ('Sal') van der Sluis staat. De foto's zijn toegestuurd door en afkomstig
uit de privé-collectie van zijn neef Izaak van der Sluis (1932), de oudste zoon van Sal's broer Jacob van der Sluis.
De twee strandfoto's zijn waarschijnlijk gemaakt in 1937, toen Izaak samen met zijn vader in Zandvoort logeerde.
Op de ene strandfoto staat Sal lachend alleen, zittend in een strandstoel; op de andere staat hij vooraan links,
als de jongere man met de hoed op. In het midden achterin zit Jacob van der Sluis.
Wie de andere personen zijn, weet Izaak niet.
Op de foto bij een haag staan Salomon en Ivan (1922), de enige zoon van zijn oudste broer Hartog.
Ivan zal hier 13 of 14 jaar zijn geweest, vermoedt Izaak.
Foto's Privébezit Izaak van der Sluis.


huis aan de Singel 144, waar Salomon van der Sluis verbleef

Dit is het huis aan de Singel 144 (nu 212), waar
Salomon van der Sluis verbleef totdat hij werd gearresteerd.
Foto Redactie Website

Niets
Teleurstelling in eerste aanleg: van Salomon Leo Jacob van der Sluis is niet meer bekend dan dat hij op 26 mei 1899 in het Overijsselse Zwartsluis is geboren, een dorp in de nabijheid van Meppel, Staphorst en Zwolle. Dat is alles.
        Via openbare, gedigitaliseerde persoonsarchieven is niets over hem aan te treffen. Noch over zijn ouders noch zijn mogelijke broers of zusters. Hoe hij is opgegroeid, welke opleidingen hij heeft gevolgd, wat zijn eerste baan was – het intikken van zijn naam leidt consequent tot de melding: geen resultaat. Zwartsluis kent tientallen Van der Sluizen, die keurig op naam en geboortedatum zijn op te roepen, compleet met aktes, maar S.L.J. van der Sluis zit er niet tussen.
        Hij lijkt uitgegumd, geschrapt uit annalen. Nogmaals: in eerste aanleg.
        Dat hij heus heeft bestaan, bewijst zijn persoonskaart in het Dordtse stadsarchief. Zijn geboortedatum staat daar, en ook zijn kerkgenootschap: NI (Nederlands Israëlitisch). Hij vestigde zich op 12 januari 1940 in Dordrecht. Aanvankelijk verbleef hij in het Oranje Hotel aan de Johan de Wittstraat 13. Op 22 mei 1940 trok hij in Pension van Asperen aan de Singel 144 (nu: 212). Als beroep werd genoteerd: chef warenmagazijn.
        Van der Sluis, zo valt verder uit de persoonskaart op te maken, kwam naar Dordrecht vanuit Amsterdam. Hij woonde daar in de Biesboschstraat 62 huis. De persoonskaart in het Amsterdamse gemeentearchief bevestigt dat Salomon er als ingezetene geregistreerd is geweest, er arbeidend als winkelbediende. Bovenaan staat als bijzonderheid dat hij “zonder vaste woonplaats” is.
        De kaart bevat een indicatie die niet direct te plaatsen is. Zo staat er ergens in een kolom, enigszins verloren, ‘Izaak van der Sluis 1861’. Wie is dit?
        Meer is er niet, op een krantenberichtje na over zijn verhuizing binnen Dordrecht naar de Singel. Het is een schamele oogst, hoogst merkwaardig.

Dordrechtsche Courant van mei 1940

De verhuizing van Van der Sluis van het Oranje Hotel
aan de Joh. de Wittstraat naar de Singel
werd vermeld in de Dordrechtsche Courant van mei 1940.

Gat
Maar in tweede aanleg, na verschillende instanties te hebben aangeklampt, kwamen er details vrij.
        Het Historisch Centrum Overijssel (HCO), ontstaan uit een samengaan van het Rijksarchief Overijssel en het Gemeentearchief Zwolle, brengt bij monde van archivaris J.H. (Jan) Wigger al de volgende dag uitkomst.
        Salomon blijkt een zoon te zijn van (jawel) Izaak van der Sluis (Zwartsluis, 28 mei 1861). Deze koopman trouwde op 28 oktober 1894 met Saartje Roseboom (Groningen, 3 januari 1871). Het gezin werd uitgeschreven op 13 januari 1926, omdat het zich op die dag vestigde in Amsterdam. Zoon Salomon had Zwartsluis eerder al verlaten, want hij werd “bij de 10de volkstelling van 1920 ambtshalve doorgehaald uit het bevolkingsregister”, aldus Wigger.
        Maar waarheen hij vertrok, is niet bekend. Met andere woorden: er gaapt een gat tussen 1920 en zijn aankomst in Dordrecht in 1940. Aangezien hij zonder vaste woonplaats was, mag aangenomen worden dat hij rondreisde door Nederland. En al doende een tijdje in Amsterdam heeft gezeten.
        Nadat de namen van zijn ouders waren gevonden, werd het zoeken makkelijker. Sluizen van informatie openden zich.
         Dit doemde op: Salomon had drie broers en één zus. Hartog van der Sluis is de eerstgeborene van het gezin. Hij is van 17 juli 1895 en huwde Sara van den Berg (Den Haag, 13.11.1890), met wie hij zoon Iwan kreeg (Maastricht, 6.11.1922). Hij woonde als vertegenwoordiger in Den Haag.
        Mozes is het tweede kind: 21 juli 1897. Deze handelsreiziger trouwde in augustus 1929 in Den Haag met de van oorsprong Duitse Erna Lucie Krumholz (Neuwied, 4.1.1901). De winkelierster, niet joods, maar Duits-Evangelisch van geloof, had al een huwelijk achter de rug, gesloten in 1923, met toneelspeler Joseph Johannes Schilthuizen. Hij hertrouwde in 1932 met ene Maria Jacob Hillenaar.
        Na Salomon kwam als vierde kind Rika (Zwartsluis, 26.4.1901). Zij heeft niet lang geleefd. Ze overleed op 6 december 1926 in Amsterdam, 25 jaar oud. Ze ligt begraven op de joodse begraafplaats in Diemen. Daar bevindt zich ook het stoffelijk overschot van haar vader Izaak. Kort voordat Nederland verwikkeld raakte in een ontwrichtende oorlog, stierf hij, 78 jaar oud, op 24 juni 1939.
        En dan is er nog een Jakob, over wie vooralsnog elke aanwijzing ontbreekt.

Nederlandse kranten over Salomon's veroordeling

Drie voorbeelden van vrijwel gelijkluidende berichten in Nederlandse kranten over Salomon's veroordeling,
uit respectievelijk het Amersfoortsch Dagblad, de Dordrechtsche Courant en De Banier.
Foto's Delpher

kranten over Salomon's veroordeling

Nog twee voorbeelden van vrijwel gelijkluidende berichten.
Foto's Delpher

Meesmuilend
De familiegegevens lieten zich moeizaam vergaren. Dat geldt niet over Salomon’s vermeende wandaad, zijn meesmuilende opmerkingen over Duitse soldaten. Daarover is van alles te vinden. Maar die informatie is overal eender. Tientallen nieuwsberichten zijn via de website Delpher (voorheen Koninklijke Bibliotheek) op te snorren, het zijn echter allemaal variaties op één en hetzelfde thema. Kranten waren in de bezettingstijd in hevige mate gelijkgeschakeld.
        De kern van wat Salomon Leo Jacob van der Sluis werd verweten, is dat hij de Duitse bezetter heeft beledigd. En daarvoor is hij gestraft door een Krijgsraad, die op 8 juli 1940 bijeenkwam in het oude Dordtse stadhuis – dat overigens op honderd meter afstand van de Hema lag (Voorstraat 286-288).
        Maar wat Van der Sluis nu precies heeft misdaan, en in welke bewoordingen, is onhelder. Vertegenwoordigers van “alle couranten uit Dordrecht” hadden toegang tot de zitting van de Duitsche Krijgsraad, maar de kranten baseerden zich niettemin voor hun berichtgeving alle op hetzelfde ANP-bericht. Er was geen onafhankelijke nieuwsgaring.
        Het ANP-bericht was van zichzelf ook al niet volgens journalistieke normen tot stand gekomen. Het was een “nota voor de redacties”, zeg maar een perscommuniqué, vervaardigd door de persafdeling van “den staf van den rijkscommissaris” in Den Haag. Deze liet het via het ANP-net rondsturen, op 9 juli om 14.22 uur, dwingend verordonnerend dat “het onderstaande hedenavond op de voorpagina moet worden gepubliceerd”.
        Dat dit communiqué hier zo letterlijk kan worden weergegeven, komt doordat het ANP zijn archief heeft gedigitaliseerd. Het bericht dat het minachtend gedrag van Salomon van der Sluis belicht, kan via de website anp-archief.nl in een ommezien worden opgeroepen. .

originele ANP-bericht

Dit is het originele ANP-bericht dat de dagbladen hedenavond
nog op hun voorpagina's hadden te plaatsen.
Foto ANP-archief

Verboden
De kranten plaatsten de tekst van de persafdeling braaf, zodat er maar één versie in omloop is gekomen van Salomon’s “verachtelijke” verzetsdaad.
        Die versie luidt dat hij, “de bedrijfsleider van het filiaal”, vrouwelijke bedienden van de Hema “bij herhaling er tegen gewaarschuwd” had “met Duitsche soldaten uit te gaan”. Ook werd hij ervan beschuldigd de vrouwen “verboden te hebben, met hen zelfs te spreken”.

        De beschuldigingen waren niet loos: ze werden gestaafd door getuigenverklaringen. Of, zoals de staf van Seys-Inquart het omschreef: ze werden “in de zitting door de onder eede afgelegde verklaringen der vrouwelijke getuigen als in vollen omvang juist vastgesteld”.
        De persmededeling sluit af met het vonnis. “Van der Sluis, die inmiddels op 6 juli gearresteerd was, werd door den Krijgsraad wegens het verachtelijk maken van de Duitsche Wehrmacht tot 3 jaren gevangenisstraf veroordeeld. De aanklager had 5 jaren gevangenisstraf gevorderd.”
        Het vonnis is destijds werkelijk tot in alle uithoeken van Nederland rondgetrompet. Tientallen kranten zetten het bericht gedwee op de voorpagina. Om enig idee te geven van in welke kranten Salomon’s beledigende daad zoal is verspreid: Limburger Koerier, Oprechte Haarlemsche Courant, Noordbrabantsch Dagblad, Agrarisch Nieuwsblad, Nieuwe Provinciale Groninger Courant, Arnhemsche Courant, De Graafschapbode, Algemeen Handelsblad, Het Nationale Dagblad, de Banier en de Deutsche Zeitung in den Niederlanden.

brief van burgemeester Bleeker

In een brief klaagt burgemeester Bleeker erover dat de
Dordtse politie niet tevoren op de hoogte was gesteld
van de arrestatie van Van der Sluis.
Foto Redactie Website

Spotten
De meeste kranten publiceerden het bevolen bericht op de voorgeschreven 9de juli. Sommige deden het toch pas een dag later; ook maakten niet alle dagbladen er ruimte voor vrij op de voorpagina. De Eindhovensche en Meijerijsche Courant, de Delftsche Courant en de Echo van het Zuiden bijvoorbeeld vonden een plek op een binnenpagina afdoende.
        Maar de opzet van de staf van Seys-Inquart was overduidelijk: Van der Sluis moest nationaal te kakken worden gezet. En dat is ook gebeurd. In feite werd hij publiekelijk uitgekotst. De bezetter wilde het volk even hartgrondig laten weten dat je niet met hem moest spotten.
        Hierna viel alles stil. De burgemeester van Dordrecht, J. Bleeker, schreef op 16 juli nog een brief aan de Commissaris der Koningin in Zuid-Holland. Daarin deelde hij mee dat Van der Sluis inderdaad op 6 juli in hechtenis is genomen, en is veroordeeld tot drie jaar celstraf. Hij bevestigde formeel een kwestie waarvan heel Nederland kennis had kunnen nemen. In zijn laatste zin merkt hij nog wel op dat het “gewenscht zou zijn” dat de betrokken Duitsche Autoriteiten voortaan de plaatselijke politie in kennis zouden stellen van “een in hechtenisneming aanstonds”. De politie was klaarblijkelijk gepasseerd bij de arrestatie van Van der Sluis.

De beruchte strafgevangenis in het Noordduitse Wolffenbüttel

De beruchte strafgevangenis in het Noordduitse Wolffenbüttel, tegenwoordig een Gedenkstätte. Hier zat Van der Sluis exact drie jaar opgesloten.
Foto Wikipedia

Geen spoor
De voormalige Hema-directeur zal geboeid zijn afgevoerd, maar waarheen? In welke gevangenis heeft hij zijn straf moeten uitzitten, en in wat voor omstandigheden? Ook hierover was oorspronkelijk geen openbaar spoor te vinden; grondmist trok zich rond hem op. Maar nu was het de Oorlogsgravenstichting die belangwekkende, aanvullende informatie kon verschaffen. Salomon is na zijn arrestatie vastgezet in de gevangenis van Scheveningen, meldde medewerker Johan Teeuwisse. Nadat hij was veroordeeld, werd Salomon naar Duitsland overgebracht – eerst - naar de gevangenis in Bochum, later naar de beruchte Strafgefängnis van Wolfenbüttel.
        Hier zijn tussen oktober 1937 en 15 maart 1945 700 mannen en vrouwen, oorlogsmisdadigers in Duitse ogen, met de guillotine onthoofd. Van der Sluis is zo’n dood bespaard gebleven, hij werd op 7 juli 1943 ontslagen. Dat is exact drie jaar na zijn arrestatie in Dordrecht op 6 juli 1940.
        Vrijheid werd hem niet gegund. Dit deelt onderzoekster Aline Pennewaard mee, ook door deze website-redactie benaderd. Hij werd naar de Gestapo in het naburige Braunschweig overgebracht en vandaar naar het Arbeitserziehungslanger 21 in het ook al aanpalende Salizgitter-Walenstedt, waar hij op 12 juli 1943 overleed.
        De omstandigheden waaronder Salomon is gestorven, zijn de Oorlogsgravenstichting niet bekend. Maar Pennewaard ontdekte de doodsoorzaak wel: “Auf der Flucht erschossen”, zag ze in documentatie staan. Zij neemt dit met een korrel zout.
        “Dat ‘auf der Flucht erschossen’ werd te pas en te onpas op overlijdensaktes genoteerd”, weet zij, “terwijl het in werkelijkheid helemaal niet het geval geweest hoefde te zijn. Het zou uiteraard kùnnen dat hij heeft geprobeerd te vluchten. Maar het zou ook kunnen dat hij bijvoorbeeld doodgemarteld is, en dat ‘ze’ gewoon een ontvluchtingspoging op z’n overlijdensakte hebben genoteerd om dat te maskeren. Dit gebeurde wel vaker.
        “Ook ‘hartfalen’ was een veel voorkomende doodsoorzaak, zelfs bij de meest fitte jonge mensen. Er zijn zelfs mensen op wiens overlijdensakte ‘blindedarmontsteking’ stond vermeld, terwijl diezelfde blindedarm er al jaren eerder uit was gehaald. Honderd procent uitsluitsel gaat de overlijdensakte van Van der Sluis dus helaas niet geven, denk ik.”

grafsteen Salomon van der Sluis

De grafsteen voor Salomon van der Sluis
op het ereveld in Hannover.
Foto Oorlogsgravenstichting

Ereveld
Het lichaam van Salomon van der Sluis is in eerste instantie begraven op de begraafplaats Westerholz, in Watenstedt-Hallendorf. Na de oorlog is het stoffelijk overschot “door zorg van de Oorlogsgravenstichting”, aldus medewerker Teeuwisse, verplaatst naar het Nederlandse ereveld in Hannover, aan de Garkenburgstrasse 43. Daar is hij op 16 december 1953 herbegraven in vak F grafnummer 15. Dit graf is ingericht en wordt onderhouden door de Oorlogsgravenstichting.
        “Dit ereveld is een onderdeel van het Friedhof an der Seelhorst. Het vormt de laatste rustplaats van 417 Nederlandse oorlogsslachtoffers. Volgens Teeuwisse betreffen dit niet alleen Nederlandse soldaten die omkwamen in Nedersaksen. Ook dwangarbeiders zijn er ter aarde besteld, krijgsgevangenen, verzetsstrijders, joodse slachtoffers en burgers “die voor een vergrijp zijn veroordeeld en door ziekte en ontberingen in gevangenschap zijn overleden”.
        “Het was overigens Salomon’s (verder onbekende) broer Jakob, die de Oorlogsgravenstichting “na de oorlog” attendeerde op het bestaan van Salomon van der Sluis. Jakob woonde destijds in Maastricht, aan de Observantenweg 39. Hij vertelde de stichting ook nog dat het twee verkoopsters van de Hema waren geweest die de Hema-bedrijfsleider hadden aangegeven bij de Duitsers.
        “ Van der Sluis is zonder meer een Holocaust-slachtoffer. Dan is het des te vreemder dat zijn naam niet voorkomt op de website Joods Monument. Deze gezaghebbende website houdt immers de herinnering levend aan “alle mannen, vrouwen en kinderen die tijdens de Duitse bezetting als joden zijn vervolgd en die de Sjoa niet hebben overleefd”.
        “Salomon van der Sluis is één van hen. Hij, de joodse bedrijfsleider van de Hema, stelde zich al in de beginweken van de oorlog teweer tegen de Duitsers. Maar kennelijk telt hij niet mee.
        “Het verbaast Pennewaard, die al jaren onderzoek doet naar transportlijsten van gedeporteerde Nederlandse joden, niet dat Salomon op Joods Monument (JM) ontbreekt. “Waarschijnlijk staat hij er niet tussen, omdat hij niet met de grote stroom is gedeporteerd”, veronderstelt zij. “Hij is als ‘saboteur/verzetspleger’ gedeporteerd en niet als jood. Dat zal wel de reden zijn dat het JM hem er niet heeft vermeld. Overigens missen daar wel meer mensen. De lijsten van het JM zijn zeker nog niet compleet. In mijn onderzoek tref ik met grote regelmaat mensen aan die er niet opstaan.”

grafsteen Izaak van der Sluis

Izaak ('Izak') van der Sluis, de vader van Salomon,
stierf kort voor de oorlog, in 1939.
Zijn graf is in Diemen.
Foto Website Het Stenen Graf

Auschwitz
En de overige familieleden van Salomon? Wat is hen overkomen in de gruwzame oorlog?
        Salomon’s moeder Saartje Roseboom heeft zich weten te redden. Zij overbrugde de oorlog levend en overleed op 8 januari 1960 in het Centraal Tehuis voor Israëlieten in Rotterdam, 89 jaar oud. Jakob, die de oorlog ook overleefde, ondertekende toen “uit aller naam” haar overlijdensadvertentie. Of Jakob nu nog leeft, is ongewis. De Oorlogsgravenstichting heeft in ieder geval “sinds 1954 helaas geen contact” meer gehad met de familie.
        Ook Saartje’s zoon Mozes bereikte heelhuids de bevrijding. Hij stierf op 6 november 1950, eveneens in Rotterdam, op 53-jarige leeftijd. Zijn niet-joodse echtgenote Erna trouwde in februari 1953 voor een derde maal, met J.W. Huijser. Erna Krumholz overleed op 15 april 1976, in Rotterdam. Hartog van der Sluis, Salomon’s andere broer, is vergast in Auschwitz, op 14 september 1942. Zijn vrouw trof daar eerder dezelfde dood, samen met zoon Iwan, op 4 augustus 1942.

        Met al deze doden zijn de meeste steunpilaren onder het joodse gezin Van der Sluis weggeslagen.





Drie overlijdensberichten familie Van der Sluis

Drie overlijdensberichten, voor Salomon's broer Mozes (1950),
voor zijn moeder Saartje (1960) en
voor de vrouw van Mozes, Erna Krumholz (1967)
Foto's Delpher


< Terug naar index 'Verhalen over het voorbije joodse leven in Dordrecht'