Het voorbije joodse dordrecht

Wilhelm de Groot: doorgestreept
als Dordts Holocaustslachtoffer

kinderpasfoto van waarschijnlijk Wilhelm de Groot

Waarschijnlijk is dit een kinderpasfoto van waarschijnlijk Wilhelm de Groot,
denkt Govert de Groot, die de foto aantrof tussen
nagelaten papieren van zijn vader Berti.
Foto Privébezit

Het is niet eerder voorgekomen – dat er van de lijst van Dordtse Holocaustslachtoffers iemand moest worden geschrapt.
        Wilhelm de Groot heet degene die dat overkomt. Hij is een geboren Dordtenaar, die na het overlijden van zijn moeder op 1 februari 1939, bij zijn zus Bartje in Den Haag ging wonen. En die uiteindelijk is omgebracht in Auschwitz.
       Tot begin augustus 2020 stond de ongetrouwde Wilhelm, eerst poelier, later slager van beroep, tot viermaal genoteerd als een Holocaustslachtoffer: op de website van ‘Joods Monument’, in de database van Yad Vashem (de Israëlische staatsinstelling voor slachtoffers van de Shoah), op de website van de Oorlogsgravenstichting en op de lijst van de Dordtse werkgroep Stolpersteine.
        Het had er, met andere woorden, alle schijn van dat Wilhelm de Groot een joods oorlogsslachtoffer was. Maar nader onderzoek van de Dordtse werkgroep wees onomstotelijk uit dat Wilhelm naar waarheid geslachtofferd is in de oorlog, maar ook dat hij geenszins van joodse afkomst is.
        Bijgevolg is Wilhelm van de Dordtse lijst, die immers alleen vermoorde joden noemt, verwijderd. En de redactie van ‘Joods Monument’ heeft de werkgroep aansluitend laten weten dat zij, na eigen onderzoek, Wilhelm eveneens uit haar bestand heeft gehaald. Wie Wilhelm zoekt op de website van ‘Joods Monument’, zal hem nu nergens meer vinden.
        Wilhelm de Groot is daarmee natuurlijk niet non-existent geworden. Hij heeft wel degelijk bestaan, de oorlog heeft hem wel degelijk het leven gekost − al is onduidelijk wat hij dan in de ogen van de Duitsers heeft misdaan. Zat hij in het verzet? Maar los daarvan: voor het herdenken van niet-joodse oorlogsslachtoffers zijn andere websites, andere monumenten en herdenkingspleinen, andere gedenkplaten beschikbaar.
        Bij hoge uitzondering wordt er op deze Dordtse Stolpersteine niettemin een volwaardig artikel gewijd aan hem en zijn familie, aan de jood die hij niet was, de goj. Want los van het opmerkelijke feit dat hij als enige geschrapt is moeten worden van een Stolpersteinelijst, doemen meerdere vragen op. Wat was dan wél de religieuze afkomst van Wilhelm de Groot? Wie was hij eigenlijk? En kan verklaard worden waarom hij destijds als joods slachtoffer is aangemerkt?
        Een poging tot biografie.

pagina van de website Joods Monument en lijst2 van de Dordtse Stolpersteinewebsite

Dit is de pagina die op de website ‘Joods Monument’ tot augustus 2020 was gewijd aan Wilhelm de Groot.
De andere afbeelding laat zien dat hij ook werd genoemd om een lijst van de Dordtse Stolpersteinewebsite.
In beide gevallen is Wilhelm als joods slachtoffer verwijderd.
Foto’s Websites

Dordts
Het gezin De Groot is zo Dordts als maar zijn kan: vader, moeder én ook de acht kinderen die ze verwekten – ze zijn stuk voor stuk in Dordrecht geboren.
        De vader is Gerrit Jacob de Groot, zijn geboortedatum 21 juli 1867, zijn beroep poelier. De moeder is Wilhelmina van der Boor, ter wereld gekomen op 14 juli 1868. Zij trouwden, vanzelfsprekend in Dordrecht, op 4 februari 1891, toen hij 23 jaar oud was, zij 22. En het moet maar gelijk geopenbaard worden: de beide echtelieden gaven bij de burgerlijke stand op dat zij Nederlands Hervormd waren, allerminst joods dus.
        Na vijf maanden beviel Wilhelmina al van het eerste kind: Pieter Johannes, op 26 juli 1891. Zeven kinderen volgden. In totaal zou Wilhelmina vier zonen en vier dochters baren, soms kwam de volgende een jaar na de vorige, soms lagen er enkele jaren tussen. Dit zijn de kinderen: 2. Adriana Maria (29 december 1892), 3. Bartje (14 september 1895), 4. Jan Huibert (5 april 1899), 5. Gerrit Jacob (27 oktober 1901), 6. Wilhelm (21 maart 1903), 7. Maria Antonia (13 juni 1904) en 8. Wilhelmina (16 mei 1906).
        Al deze kinderen hebben de volwassenheid weten te bereiken. Dit gezin is het bespaard gebleven dat borelingen slechts kort leefden.
        Veelzeggend is verder dit: in het bevolkingsregister staan in de kolom ‘Kerkgenootschap’, bij ieder van de tien gezinsleden De Groot, dezelfde letters ingevuld: NH. Wie vervolgens in datzelfde register de ouders opzoekt van vader Gerrit Jacob (zijnde: Pieter Johannes de Groot, Jaarsveld, 22.9.1817 en Lijsje Vuurens, Tienhoven, 20.9.1815) of de ouders van moeder Wilhelmina (Pieter van der Boor, Dordrecht, 22.12.1846 en Adriana Maria Schillemans, Dordrecht, 3.4.1850) ziet hetzelfde patroon: allen Nederlands Hervormd.

bevolkingsregister van Wilhelm de Groot

Wilhelm kwam uit een gezin dat Nederlandse Hervormd was, zoals deze pagina’s uit het bevolkingsregister laten zien.
De pagina’s hieronder zijn die van de ouders van Wilhelm’s vader. Ook dat gezin was NH.
Foto’s Regionaal Archief Dordrecht

bevolkingsregister van Gerrit Jacob de Groot

Drie advertenties van poelier G.J. de Groot  

Drie advertenties in de ‘Dordrechtsche Courant’ van poelier G.J. de Groot, de vader van Wilhelm. Ze stonden in de krant van 11 april 1916, 5 januari 1937 en 31 juli 1941.
Foto’s RAD


Wilhelm’s vader Gerrit Jacob overleed op 5 augustus 1936

Wilhelm’s vader Gerrit Jacob overleed op 5 augustus 1936, 69 jaar oud. In de ‘Dordrechtsche Courant’ van 26 september 1936 bedankt zijn vrouw Wilhelmina van der Boor voor de bewijzen van medeleven.
Foto RAD

Binnenstad
Tussen de geboortes door verhuisde het uitdijende gezin nogal eens. Maar de familie bleef wel consequent in de binnenstad: van de Grotekerksbuurt verplaatste zij zich naar het Steegoversloot, de Voorstraat, de Hil en de Lange Breestraat, om ten slotte voor langere tijd aan het Bagijnhof te blijven wonen, op nummer 52.
        Al in de Dordrechtsche Courant (DC) van 4 november 1916 bijvoorbeeld adverteerde Gerrit Jacob met dit adres: “Kievit Eieren Dagelijks Versch Voorhanden bij G.J. de Groot, poelier – Bagijnhof 52, telefoon no. 71”, staat er. En ruim twintig jaar later was het poeliersbedrijf nog steeds aan het Bagijnhof gevestigd, getuige een advertentie in de DC van 5 januari 1937. Nu staat er: “G.J. de Groot & Zoon, Poelier en Wildhandel, Bagijnhof 52 – telef. 3861. Uw aangewezen adres voor 1ste kwaliteit wild en gevogelde, tegen concurreerenden prijzen. Ook verzending naar buiten.”
        Uit deze advertentie valt het niet af te leiden, maar vader Gerrit Jacob was toen al overleden. Hij stierf vijf maanden eerder, op 5 augustus 1936, op 69-jarige leeftijd. De zoon die de firma voortzette, was Pieter Johannes, de eerstgeborene die trouwens al vennoot was. Hij stond te boek als poelier en wildhandelaar. Na diens overlijden heeft zijn zoon Gerard Jacob het poeliersbedrijf overgenomen. Gerard Jacob werd later bureauchef bij PTT in Dordrecht.
        Wilhelm, de hoofdpersoon van dit verhaal, stond in de burgerlijke stand geregistreerd als slager. Waar hij als zodanig werkte, is niet bekend, alleen dat hij boven de zaak woonde. Misschien werkte hij wel bij zijn vader, maar dat staat niet vast. Zeker is wel dat Wilhelm alleenstaand was en bleef.
        Hoe verging het intussen zijn broers en zusters?
        Op genealogische websites, zoals ‘WieWasWie?’, zijn over hen zakelijke gegevens te vinden. Voor dit verhaal is niet alleen daar op teruggevallen, hulp kwam er ook van de Dordtse archievenonderzoekster Erica van Dooremalen en achterneef Govert de Groot. Deze laatste werd ‘gevonden’ toen via internet werd gezocht naar mogelijke nabestaanden van Wilhelm de Groot. Govert (’s-Gravenhage, 1953) heeft een eigen website, te vinden via deze link: govertdegroot.wordpress.com/. De ouders van Wilhelm, Gerrit Jacob en Wilhelmina, zijn zijn overgrootouders. Bartje, een van de zussen van Wilhelm, is zijn “grootmoeder van moederszijde van vaders kant”. Zijn ene oma dus. Zo zit het.

pand poeliersbedrijf De Groot en Zoon aan het Bagijnhof

Van het poeliersbedrijf De Groot en Zoon aan het Bagijnhof is geen goede foto gevonden in de beeldbank van het Regionaal Archief Dordrecht. De firma was gevestigd op toenmalig nummer 52 (nu: 58).
Op de zwartwit foto, gemaakt in 1936 of 1937 toen het Bagijnhof feestelijk verlicht was tijdens de Moerdijkfeesten en het prinselijk huwelijk, bevindt dit pand zich links van de vakkledingzaak G. Ooijen.
De kleurenfoto toont het huidige aanzien van het desbetreffende deel van het Bagijnhof.
Foto RAD (nr. 555_13502) en Redactie Website

Familieschande
Aan de hand van de chronologie worden de levens van Wilhelm’s broers en zussen in kort bestek weergegeven.
        1. Pieter Johannes, als poelier de opvolger van zijn vader, trouwde op 4 september 1918 als 27-jarige in Dordrecht met de 24-jarige Wilhelmina Adriana Ponten. Kort na het begin van de Tweede Wereldoorlog is Pieter in zijn woonplaats overleden, op 29 augustus 1940, 49 jaar oud. Krap een jaar later, op 31 juli 1941, adverteerde de firma G.J. de Groot en Zoon nog altijd in de Dordrechtsche Courant. Dit was de tekst: “Wildseizoen geopend. Vanaf heden verkrijgbaar zonder vleeschbon: wilde eendvogel, drieling eendvogel, taling, reevleesch, wilde konijnen.” Wie het bedrijf nu runde? Govert de Groot denkt: Gerard Jacob. Wilhelm was het niet. Die was al verhuisd naar Den Haag, zoals verderop blijkt.
        2. Adriana Maria huwde als 26-jarige op 18 juni 1919 de 25-jarige Wouter van der Linden, een keurmeester van de provinciale keuringsdienst. Het echtpaar ging in Leeuwarden en daarna in Breda wonen. Govert de Groot heeft deze Adriana gekend als “tante Zus”. Zij kwam vaak met zijn oma (Bartje) op bezoek bij zijn ouders. Hoewel Govert doende is door stamboomonderzoek de familiegeschiedenis “enigszins te ontrafelen”, heeft hij tot dusverre geen overlijdensdatum gevonden van tante Zus.
        3. Bartje, de oma van Govert, is volgens hem op 21 mei 1921in het Brabantse Teteringen “in het geheim bevallen” van een tweeling: zijn vader Berti en diens broer Tonnie. De twee zijn op 11 december 1921 in Breda gedoopt. Hun vader is meubelmaker Antonius van Wordragen (Dordrecht, 8 juli 1892), maar deze was op dat moment nog getrouwd, met Jacomina Adriana van der Wiel (Dordrecht, 15.7.1891). “Vandaar dat mijn achternaam De Groot is en niet Van Wordragen.”
        Na scheiding hertrouwde Antonius op 26 juli 1923 met Bartje, in Dordrecht. Op 19 juli 1927 ging het echtpaar in Den Haag wonen − volgens de gezinskaart in het Haagse Gemeentearchief aan de Obrechtstraat, op nummer 455. Antonius is op 4 januari 1932 in Den Haag overleden, 39 jaar oud, volgens Govert aan een acute blindedarmontsteking. Bartje werd ouder, zij stierf in Den Haag op 2 februari 1971, 75 jaar oud.

Bartje van Wordragen-de Groot en familie

Bartje van Wordragen-de Groot, de zus van Wilhelm, poseert op deze foto uit circa 1925 met haar man Antonius van Wordragen. De kinderen links en rechts zijn de tweeling Berti en Tonnie. Govert de Groot, zoon van Berti, weet niet wie wie is. Het meisje is Cor van Wordragen, de jongen achter haar Anton van Wordragen.
Foto Privébezit.

Padre
De beknopte familiegeschiedenis wordt vervolgd met:
        4. Jan Huibert trouwde op 31 juli 1924 in Amsterdam met Grietje Reinalda (Haarlem, 6 mei 1898). Hij werkte als telegrafist bij de PTT. Drie kinderen kreeg het echtpaar: Bob, Erica en Ellen Gerda. Aanvankelijk, vanaf 9 oktober 1930, woonde het gezin in Amsterdam in de Sassenheimstraat op nummer 17 I, vanaf 14 juli 1937 in de Niersstraat 50 III. De overlijdensdatum van Jan Huibert is niet gevonden.
        5. Gerard Jacob, adjunct-commies van de PTT, trouwde op 10 juli 1930 met de Rotterdamse Tona Christina (‘To’) van de Peppel (1 mei 1901) in haar toenmalige woonplaats Geldermalsen. Hun dochter ging naar haar moeder heten, de zoon naar de vader. Oorspronkelijk woonde het echtpaar aan het Blauwpoortsplein, op nummer 2 rood (nu:16); vanaf 13 april 1937 in de Frederikstraat in Krispijn, op nummer 43 (nu: 47).
        In de oorlogstijd is een politierapport opgemaakt, gedateerd 13 november 1942, waarin staat dat Gerard Jacob op verzoek van de opsporingsambtenaar der Prijsbeheersching J.W. Repko, in bewaring gesteld is op het hoofdbureau van politie in Dordrecht. Nadere uitleg ontbreekt. Govert de Groot heeft Gerard Jacob (‘Geert’), die in Dordrecht overleed op 14 januari 1983, op 81-jarige leeftijd, “gekend als een soort pater familias. Met Kerst hielp hij, waarschijnlijk na zijn pensionering, nog als poelier.” To van de Peppel stierf in Rijswijk op 4 oktober 1987, 86 jaar oud.
        6. Wilhelm, zie verderop.
        7. Maria Anthonia huwde op 11 september 1929 in Amsterdam timmerman Dirk Gerrit Tates ( Nieuwer Amstel, 30 juni 1889). Voor hem was het z’n tweede huwelijk, zijn eerste vrouw Anthonetta Maria Wilhelmina Pels (Amsterdam, 26 januari 1896, getrouwd op 15 januari 1920) was op 16 juni 1927 overleden. Met Maria de Groot is Dirk Tates nog korter getrouwd geweest: zij overleed in Dordrecht op 10 oktober 1931, pas 27 jaar oud.
        8. Wilhelmina, de jongste, trad op 27 juli 1932 in het huwelijk met meubelmaker Johannes Cornelis van de Putte (Dordrecht, 19 juni 1906). Nog diezelfde dag ging Wilhelmina met haar echtgenoot in Den Haag wonen, aan de Wateringschestraat, op nummer 223. Van de Putte was al eerder, per 1 augustus 1927, Hagenaar geworden. Het echtpaar kreeg drie kinderen, onder wie Jacobus Gerardus (28.2.1937) en Johannes Cornelis (21.4.1939). Na de oorlog emigreerde het gezin naar Zuid-Afrika, waar Govert de Groot zijn tante Mina, zijn oom, zijn neven en ook de familie van moederszijde een keer heeft opgezocht, in 1977.

2 februari 1939 overlijdt Wilhelmina

Op 2 februari 1939 overlijdt Wilhelmina zelf, 70 jaar oud. Dit is de overlijdenskaart. Het fotootje, door nabestaanden geplaatst van de genealogische website ‘My Heritage’, toont Wilhelmina.
Foto’s Privébezit


Wilhelm de Groot vertrekt naar Den Haag

Wilhelm de Groot vertrekt naar Den Haag, waar hij gaat inwonen bij zijn zus Bartje, in de Cartesiusstraat. De ‘Dordrechtsche Courant’ meldt het in de editie
van 2 juni 1939.
Foto RAD

Stiefzus
Terug naar Wilhelm de Groot, de aanleiding voor dit artikel.
        Tweeëneenhalf jaar nadat zijn vader was heengegaan, stierf zijn moeder Wilhelmina van der Boor, op 1 februari 1939 in de ouderdom van 70 jaar. Voor Wilhelm was dit reden om Dordrecht te verlaten, vier maanden later. Hij trok naar Den Haag en ging inwonen bij zijn zus, de weduwe Bartje. Die woonde inmiddels aan de Cartesiusstraat, op nummer 213, al vanaf 26 juni 1937. De Dordrechtsche Courant vermeldde het op 2 juni in de rubriek ‘Verhuizingen, van komen en gaan’. In diezelfde straat woonde overigens ook Bartje’s zus Wilhelmina, op nummer 201, vanaf 17 mei 1935.
        Behalve Bartje, de tweeling Berti (1921-1996) en Tonnie (1921-2012) en nu ook haar broer Wilhelm, verbleef nog iemand in de woning, weet Govert: Cornelia Jacomina (Dordrecht, 29.11.1918), de dochter uit het eerste huwelijk van haar man Antonius. Zij was een stiefdochter van Bartje, er was ook nog een stiefzoon: Antonius (Dordrecht, 19.9.1914). Govert heeft deze Cornelia, overleden in 1962, leren kennen als ‘tante Cor’. “Pas door stamboomonderzoek kwam ik er achter dat zij een stiefzus van mijn vader is. Uit foto’s blijkt dat zij vaak op de jonge tweeling paste. Als kind heb ik een paar keer bij haar gelogeerd.”
        Alle familieverwikkelingen terzijde, wat gebeurde er met Wilhelm in de oorlog? Hoe belandde hij op lijsten van joodse slachtoffers?
        Vaststaat dat hij van 23 september 1943 tot 24 mei 1944 werd opgesloten, als gevangene nr. 7306, in kamp Vught, officieel geheten Konzentrationslager Herzogenbusch. Voordien is hij dus gearresteerd, maar waarom? Dat wordt niet duidelijk op de geraadpleegde websites. De Oorlogsgravenstichting, Yad Vadshem en Joods Monument noemen hem alledrie een Holocaustslachtoffer, maar dat is dus een vergissing gebleken.
        Op 11 maart 1944 bevindt Wilhelm zich niet meer in Vught, maar blijkt hij overgebracht naar Buitencommando Roosendaal. De datum staat op een kaart die is aangetroffen in de Arolsen-archieven, ’s werelds grootste bewaarplaats van documentatie over nazi-slachtoffers, in het Duitse Bad Arolsen. Op diezelfde kaart valt te lezen dat Wilhelm vervolgens is getransporteerd naar Dachau, het Zuid-Duitse concentratiekamp. ‘Joods Monument’ vermeldt − en in navolging daarvan de Oorlogsgravenstichting, Yad Vashem, en dus ook de Dordtse Stolpersteinewerkgroep – dat Wilhelm op 27 januari 1945 ergens in Midden-Europa is vermoord. Althans, dat stond er voordat de persoonspagina over Wilhelm werd verwijderd.

Wilhelm opgesloten in kamp Vught en naar Dachau

In de oorlog wordt Wilhelm opgepakt en op 23 september 1943 opgesloten in kamp Vught.
Daarna wordt hij op 11 maart 1944 overgebracht naar Buiten Roosendaal en vervolgens op 24 mei dat jaar naar Dachau.
Foto’s Arolsen Archives


Wilhelm is naar Auschwitz is overgebracht

Het derde document, ook afkomstig uit het Duitse Arolsen-archief, vermeldt in een handgeschreven notitie dat Wilhelm naar Auschwitz is overgebracht, op 22 november 1944. Of hij daar ook werkelijk is aangekomen en omgebracht, staat niet vast. ‘Joods Monument’ houdt het erop dat hij in Midden-Europa is vermoord, op 27 januari 1945.
Foto’s Arolsen Archives

Auschwitz
In het grote Arolson-archief is evenwel nog een ander archiefstuk te vinden, dat wellicht verklaart wáár Wilhelm de Groot moedwillig om het leven is gebracht. In gotische letters, zie de foto hiernaast, staat er gestempeld Überstellt (overgedragen). De geboortedatum van Wilhelm is correct: 21.03.1903, en met de hand er bovenaan het formulier geschreven K.L. Auschwitz 22.11.1944. Dit zou kunnen betekenen dat Wilhelm van Dachau is afgevoerd naar het Poolse Auschwitz.
        Algemeen wordt aangenomen dat in dit vernietigingskamp uitsluitend joden werden vergast. En misschien is Wilhelm op die manier op lijsten van Holocaustslachtoffers terechtgekomen. Maar de website van Auschwitz-Birkenau zelf stelt dat daar ook 195.000 niet-joden zijn omgebracht, zie: auschwitz.org/en/history/the-number-of-victims/
        Op 2 mei 1952 wordt Wilhelm de Groot officieel overleden verklaard. De overlijdensakte van het Haagse Gemeentearchief noemt als overlijdensplaats en -datum Midden-Europa en 27 januari 1945; hierop zal ‘Joods Monument’ zich hebben gebaseerd.
        In Dordrecht wilde direct na de oorlog Gerard Jacob, de broer vóór Wilhelm, graag weten wat er met zijn broer aan de hand is. Kennelijk wisten de nog levende familieleden niets van zijn lot. Tot tweemaal toe plaatste Gerard Jacob een oproep in Het Parool, op 16 en 19 juni 1945. In de eerste, kleine advertentie staat: “Kampbewoners Dachau. Inl. verzocht omtr. Willem de Groot, 42 j., wonende Den Haag, Cartesiusstr. 213. Van Vught overgebracht omstr. Mei 1944. Inl. c.q. brieven aan bovenst. adr. Of G.J. de Groot, Frederikstr. 43, Dordrecht.”
        De tweede oproep is een bericht, met dezelfde strekking: “Speciaal aan teruggekeerden uit Dachau worden inlichtingen verzocht over Willem de Groot, 42 jaar, wonende Den Haag, Cartesiusstraat 213; van Vught overgebracht omstreeks Mei 1944. Inlichtingen aan eerstgenoemd adres of G.J. de Groot, Frederikstraat 43, Dordrecht.”

Gerard Jacob de Groot plaatst oproepen in Het Parool
  Gerard Jacob woonde indertijd in de Frederikstraat

Gerard Jacob woonde indertijd in de Frederikstraat,
op nummer 43. Dat is nu nummer 47, het hoekhuis.
Foto Redactie Website



Op 2 mei 1952 wordt Wilhelm de Groot officieel als overleden verklaard

Op 2 mei 1952 wordt Wilhelm de Groot officieel als overleden verklaard door de ambtenaar van de burgerlijke stand in Den Haag, op basis van een schriftelijke aangifte van het  ministerie van Justitie. Dit is de overlijdensakte.
Foto Gemeentearchief Den Haag

Op Yad Vashem staat Wilhelm de Groot als slachtoffer van de Shoah

Ook op de website ‘Yad Vashem’ staat Wilhelm de Groot als slachtoffer van de Shoah, maar die vermelding is dus incorrect.

Kinderfoto
Govert de Groot is de zoon van Berti de Groot, de ene helft van de tweeling die in de Cartesiusstraat woonde. Of er ooit inlichtingen of brieven bij Berti de Groot of diens moeder Bartje zijn aangekomen, na de oproep van Gerard Jacob, weet Govert niet. Om een treurige reden: zijn vader en zijn moeder hebben hem “niets over” Wilhelm, zijn oudoom, verteld. Sterker nog: “Eerst door mijn stamboomonderzoek ben ik achter zijn bestaan gekomen.” Sowieso is er bij hem thuis “nagenoeg niets” over de oorlog doorgegeven, “en wat er wellicht is verteld, is me ontgaan.”
        Tussen overgeleverde foto’s van zijn vader kwam hij eens een kinderpasfotootje tegen; hij veronderstelt dat dit de onbekende Wilhelm is.
        Dat zijn oudoom joods was, betwijfelde Govert de Groot zelf al, meldt hij desgevraagd. “Ik heb bij Wilhelm geen joodse achtergrond ontdekt. Zover ik weet, waren de meeste familieleden Nederlands Hervormd.” Hij opperde dat Wilhelm mogelijk een relatie kan hebben gehad met een joodse vrouw dan wel het joodse geloof heeft aangenomen. Maar dat zijn allemaal slechts vermoedens.”
        Hij voegde nog toe dat de tweelingbroer van zijn vader, Tonnie, voor de Arbeitseinsatz in Stuttgart aan het werk werd gezet , als dwangarbeider. “Na de oorlog heeft hij dáár een gezin gesticht.” Het is Govert later gebleken dat Tonnie, “zonder dat te weten”, eigenlijk niet ver van zijn oom Wilhelm zat, die immers in Dachau terecht was gekomen.
        Alle beschikbare informatie over Wilhelm zelf, zijn ouders en grootouders aan beide zijden wijzen er samenvattend onloochenbaar op dat Wilhelm allerminst joods was, maar Nederlands Hervormd. De redactie van deze website stuurde de documentatie daarover naar de redactie van ‘Joods Monument’, wijzend op deze afwijkende gang van zaken. Is het wel terecht dat Wilhelm de Groot op uw site staat? luidde de vraag.
        Nee, verklaarde ‘Joods Monument’ kort erna. “Na enig onderzoek onzerzijds zijn wij tot dezelfde conclusie gekomen. Wilhelm de Groot wordt niet meer genoemd op het Joods Monument.”
        Waarna Wilhelm ook werd geschrapt uit Lijst 2 op deze Stolpersteinesite. En zo verdween Wilhelm de Groot uit de boekhouding van de Shoah.



< Terug naar index 'Verhalen over het voorbije joodse leven in Dordrecht'