NIEUWS
Koffer van joods meisje
in Auschwitz ‘gevonden’
In een van de gebouwen van het voormalige concentratiekamp Auschwitz-Birkenau bevindt zich een koffer van Bertha Vos, een Rotterdams meisje van 14 jaar dat in Auschwitz werd gedood. Het bestaan van de koffer heeft een beetje met Dordrecht te maken: Bertha was een kleinkind van Rotterdammer Jacob van Arend (1866-1942) en de Dordtse Betje van Arend-Elsas (1869-1942).
Lijst
De koffer is eind 2022 bij toeval ‘ontdekt’ bij het napluizen van gegevens over Dordrecht op de herdenkingswebsite ‘Joods Monument’. Op de persoonspagina op die website over Bertha − die op 2 augustus 1930 in Rotterdam is geboren − bericht ene Piet den Otter aanvullend dat in het Staatsmuseum Auschwitz-Birkenau een koffer van haar wordt bewaard. Het voorwerp zou nummer PMO-II-1-80 hebben, maar de website van het museum reageert niet op deze code.
Desgevraagd heeft Den Otter uitgelegd hoe hij de koffer überhaupt het spoor kwam. Dat blijkt via een omweg te zijn gegaan.
Den Otter, die betrokken is bij het Zwolse Stolpersteine-project, vertelde dit: “In het kader van onderzoek naar een Weens echtpaar dat in Zwolle verzeild was geraakt, stuitte ik enkele jaren geleden op de website van Yad Vashem op een kopie van een oude getypte Poolse lijst van achtergebleven koffers in Auschwitz. Zo goed en zo kwaad als het ging, heb ik toen de koffers van Nederlandse slachtoffers eruit gehaald.” Zo ontdekte hij de koffer van Bertha Vos.
Overigens stonden destijds scans van de Poolse lijst online op de site van Yad Vashem, het Israëlische Holocaust-herdenkingscentrum. Inmiddels is dat niet meer het geval, merkte Den Otter, die dit “vreemd” vindt.
De Joodsche-Raadkaart van Bertha. Zij arriveerde op |
Subkamp
Bertha, vermoord in Auschwitz op 6 september 1944, is een dochter van Hester Vos-van Arend (Rotterdam, 8 juni 1913) en Wilhelmus Vos (Rotterdam, 19 juni 1908) en een zusje van de 11-jarige Johnny Vos (Rotterdam, 4 januari 1933). De vier gezinsleden zijn op 6 september 1944 in Auschwitz vermoord, op vader Wilhelmus na. Diens leven eindigde op 12 april in Gusen, een subkamp van het concentratiekamp Mauthausen in Oostenrijk.
Op haar beurt was moeder Hester een dochter van Jacob (Rotterdam, 10 januari 1866) en Betje Elsas (Dordrecht, 9 juni 1869). Zij zijn allebei eveneens in Auschwitz omgebracht, op 15 oktober 1942. Zij is 73 geworden, hij 76.
In enkele van de gebouwen op het kampterrein van Auschwitz worden achter glas voorwerpen getoond die aan gedode joden hebben toebehoord, zoals duizenden schoenen en honderden koffers en verder brillen, kunstbenen, kommen, bekers, schaaltjes en pannetjes. Ergens in die ordeloze stapel koffers moet ook die van Bertha liggen. Maar een foto ervan is niet beschikbaar.
Op een lijst van koffers die zijn achtergelaten én worden bewaard in Auschwitz, wordt als tweede de koffer van Bertha Vos (nummer 1656) genoemd. Van wie de oorspronkelijke lijst was, is onduidelijk. Het document heeft in alle openbaarheid op de site van Yad Vashem gestaan, maar is daar om onbekende reden verwijderd. Het document dat hier wordt getoond, heeft Piet den Otter eens van Yad Vashem gekregen. Hij wilde per se dat de redactie van de Dordtse Stolpersteine-website toestemming vroeg aan de ‘eigenaar’ van het document om het te publiceren. Dat is geprobeerd. Maar Yad Vashem verwees desgevraagd naar het staatmuseum van Auschwitz-Bikenau, en ‘Auschwitz’ zelf verwees weer naar Yad Vashem. Blijkbaar voelt niemand zich ‘eigenaar’ van het A4-tje, reden waarom de lijst hier nu gewoon wordt geplaatst.
Foto Yad Vashem of het staatsmuseum Auschwitz-Birkenau |